Het is er eindelijk doorheen! Werkgevers krijgen een compensatie voor de transitievergoeding die is betaald bij een ontslag vanwege langdurige arbeidsongeschiktheid (na 104 weken). Nadat de Tweede Kamer op 5 juli jl. het wetsvoorstel had aangenomen, is het vervolgens razendsnel door de Eerste Kamer geloodst en hebben ook deze kamerleden (op 10 juli jl.) hiermee ingestemd.

Van belang is waarom, niet hoe

Voor het recht op compensatie is niet van belang hoe de arbeidsovereenkomst is geëindigd, als dat maar is vanwege de langdurige arbeidsongeschiktheid. Ook gevallen van beëindiging met wederzijds goedvinden komen dus voor compensatie in aanmerking zolang uit de overeenkomst kan worden afgeleid dat de langdurige arbeidsongeschiktheid de reden is van het ontslag. Ten aanzien van de hoogte van de compensatie geldt dat deze niet hoger zal zijn dan het bedrag van de transitievergoeding te rekenen op de peildatum van 104 weken nadat de werknemer ziek is geworden.

Terugwerkende kracht

Op basis van het wetsvoorstel kan een compensatie voor een transitievergoeding bij ziekte met terugwerkende kracht worden aangevraagd tot 1 juli 2015. Vergoedingen die sinds die datum zijn betaald (als gevolg van ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid), komen dus voor compensatie in aanmerking.

Aan de slag

De Minister heeft eerder al laten weten dat hij de wet op 1 april 2020 in werking wil laten treden. De aanvraag voor compensatie met terugwerkende kracht kan dus pas worden ingediend vanaf 1 april 2020 tot 1 oktober 2020. Dat duurt helaas nog even en heeft ermee te maken dat het UWV heeft aangegeven tijd nodig te hebben voor de voorbereidingen. De digitale formulieren die het UWV hiervoor gaat gebruiken, zijn op dit moment nog niet beschikbaar.

Werkgevers kunnen al wel aan de slag met het bij elkaar zoeken van de (vele) stukken die bij de aanvraag moeten worden ingediend. Het gaat daarbij om:

  • de arbeidsovereenkomst;
  • documenten waaruit blijkt dat de arbeidsovereenkomst is beëindigd wegens langdurige arbeidsongeschiktheid (bijvoorbeeld: de ontslagvergunning, de ontbindingsbeschikking of de vaststellingsovereenkomst);
  • indien de arbeidsovereenkomst niet is opgezegd na een verkregen ontslagvergunning van het UWV: een verklaring van de werkgever dat de werknemer ziek was op het moment dat de arbeidsovereenkomst eindigde, de ziekteperiode en de naam van de bedrijfsarts;
  • een bewijs van betaling van de vergoeding;
  • de gegevens waarop de hoogte van de transitievergoeding is gebaseerd;
  • loonstroken waaruit blijkt welk loon tijdens ziekte is betaald. De ‘oude’ gevallen kunnen tot zes maanden na (vermoedelijk) 1 april 2020 bij het UWV worden ingediend, waarna het UWV zes maanden de tijd heeft om te beslissen. Voor nieuwe gevallen (d.w.z. gevallen van ná de inwerkingtreding) kan steeds tot zes maanden na betaling van de vergoeding een compensatieverzoek worden ingediend. In de nieuwe gevallen beslist het UWV in principe binnen acht weken.

Wake up call voor slapende dienstverbanden

Ook in de foodsector heeft menig werkgever ervoor gekozen (vanwege de invoering van de Wet Werk en Zekerheid per 1 juli 2015) om het dienstverband van langdurig arbeidsongeschikte werknemers ‘slapend’ te laten voortbestaan. De onzekerheid over de compensatie is nu verleden tijd en mag geen reden meer zijn om het ontslag langer uit te stellen. Hoe langer het ontslag immers wordt uitgesteld, des te verder loopt de transitievergoeding op terwijl de compensatie is gemaximeerd op de transitievergoeding op het moment van 104 weken arbeidsongeschiktheid.

Nu u de formele inwerkingtreding van de wet niet hoeft af te wachten, is mijn advies: aan de slag met het beëindigen van uw slapende dienstverbanden!

Meer informatie

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met onze Marktgroep Food & Agri.

 

Dit blog werd geschreven door mr. Martine Margadant. Martine was bij Nysingh werkzaam van 2008 tot 2020.