Een succesvolle bijeenkomst circulair bouwen.

Op 11 april jl. organiseerde de Marktgroep Overheid van Nysingh samen met de Stichting Circulair Bouwen in het prachtig verbouwde en duurzame Huis der Provincie in Arnhem een bijeenkomst onder deze titel. Dit event was het eerste onderdeel van een serie congressen rondom het bredere thema ‘Circulair Bouwen’. De bijeenkomst werd erg goed bezocht door bestuurders, ambtenaren, adviseurs, zzp’ers, technici en financials, die in hun praktijk te maken krijgen met dit onderwerp.

Nederland circulair in 2050

In 2016 is de kabinetsvisie op de circulaire economie neergezet in het programma ‘Nederland Circulair 2050’. Doel is om uiterlijk in 2050 een volledig circulaire economie tot stand te brengen. Met het oog hierop verscheen in februari dit jaar het ‘Uitvoeringsprogramma Circulaire Economie 2019-2023′. Met dit programma geeft het Kabinet vorm aan de overgang naar een circulaire economie in genoemde periode. Het programma laat zien welke (min of meer) concrete acties binnen de vijf prioritaire ketens (biomassa en voedsel, kunststoffen, maakindustrie, bouw en consumptiegoederen) zullen worden uitgevoerd. Redenen genoeg dus om een aantal praktijkgerichte bijeenkomsten aan het thema circulair bouwen te wijden.

Bijeenkomst juridische aspecten circulair bouwen op 11 april jl.

Tijdens de bijeenkomst op 11 april jl. werd onder het motto (van de Stichting Circulair Bouwen) ‘het kan wél!’ ingezoomd op de juridische kansen voor circulair bouwen in de geldende wet- en regelgeving, zonder dat daarbij de aanwezige risico’s uit het oog werden verloren.

 

Edith Dutmer, notaris en specialist vastgoed bij Nysingh, leverde als eerste een bijdrage met als titel ‘Circulair en modulair bouwen: wie is eigenaar?’. Circulair bouwen houdt vaak in dat modulair wordt gebouwd: gebouwen bestaan dan uit bestanddelen die relatief eenvoudig te demonteren zijn. Denk bijvoorbeeld aan een gevel, een dak, kozijnen, etc. Maar wat betekent dit voor de eigendom van die bestanddelen? Hoe kan geregeld worden dat de leverancier van bijvoorbeeld de gevel daarvan eigenaar blijft, of juist niet? En welke invloed heeft dat op de financierbaarheid van het gebouw en haar bestanddelen? Op al deze vragen ging Edith in en gaf daarbij een overzicht van de huidige juridische mogelijkheden én van de gewenste verbeteringen.

 

Matthias Kruisselbrink (uit dienst) ging vervolgens in op de mogelijkheden voor circulair bouwen vanuit publiekrechtelijk perspectief: welke mogelijkheden biedt het ruimtelijke bestuursrecht om circulair bouwen te stimuleren, welke beperkingen zijn er nog steeds en wat is nodig om deze beperkingen weg te nemen?

 

Na de pauze sloot Matthijs Mutsaers (uit dienst) het inhoudelijk deel af met een bijdrage over de kansen die de Aanbestedingswet 2012 biedt om  circulaire bouwprojecten te faciliteren en stimuleren. Dat deed hij aan de hand van een onderzoek van de voorschriften ten aanzien van de technische specificaties, geschiktheidseisen/selectiecriteria en vooral ook de gunningscriteria, waaronder het nieuwe criterium van de levenscycluskosten. Ook ging hij in op aanpalende aspecten, zoals de te kiezen procedure (waaronder Rapid Circular Contracting) en het leerstuk van de wezenlijke wijziging.