In Nederland wordt op de wegen veel ‘zoab’ gebruikt: zeer open asfaltbeton. Zoab heeft een open structuur en bestaat uit een mengsel van gebroken grind, zand, vulstof en bitumen. Bitumen wordt gebruikt zodat de steentjes met elkaar verbonden blijven.
Nieuw asfalt, of een nieuwe bovenlaag na een oppervlaktebehandeling, is relatief glad omdat het wordt omhuld door het laagje bitumen. Glad asfalt betekent een langere remweg, wat gevolgen heeft voor de veiligheid van weggebruikers. Na ongeveer één tot twee maanden verdwijnt dit probleem, omdat de laag bitumen dan is weggereden.
Om in de tussentijd te zorgen dat de weg niet te glad is, wordt er split op de weg gestrooid. Split is een soort grof zand dat ervoor zorgt dat auto’s de eerste paar weken meer grip hebben op de weg. (Bron: Bezoekerscentrum Rijkswaterstaat).
Door de jaren heen zijn er meerdere procedures gevoerd over de aansprakelijkheid van de wegbeheerder ten aanzien van de splitlaag en het daarmee samenhangende slipgevaar. In de afgelopen twee jaar is hier in ieder geval drie keer over geprocedeerd. Het gaat dan vaak om motorrijders die ten val komen over de splitlaag. Vaak betreft het motorrijders die door de splitlaag ten val komen, maar ook auto’s kunnen hierover in de slip raken.
Tijdens de online cursus van donderdag 12 december 2024 ga ik het onder andere hebben over de meest recente uitspraak op dit gebied (ECLI:NL:GHARL:2024:6785). In die zaak draaide het om de vraag of de wegbeheerder voldoende had gewaarschuwd voor de splitlaag. Op een weg was een verse splitlaag aangebracht. Een motorrijder is met het achterwiel van de motor geslipt en over de kop geslagen. Er waren verkeersborden geplaatst om te waarschuwen voor opspattende stenen en slipgevaar. Maar was dit genoeg voor de gemeente om te kunnen voldoen aan de veiligheidsnormen… Benieuwd naar het antwoord? Meld je dan nu aan via deze aanmeldlink.