De zorgkantoren hebben op 28 mei jl. de aanvulling 2022 op het inkoopbeleid Wlz 2021-2023 gepubliceerd. Het tarief is weliswaar hoger dan het oorspronkelijke beleid, maar is het daarmee ook een reëel tarief?

Procedure

Achtergrond van deze aanvulling is de kort gedingprocedure die een groot aantal zorginstellingen hebben gevoerd tegen het inkoopbeleid 2021-2023 van de zorgkantoren, die heeft geleid tot het oordeel van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag van 1 oktober 2020 dat het inkoopbeleid onrechtmatig was.

De voorzieningenrechter meende dat de zorginstellingen voldoende aannemelijk hadden gemaakt dat het tarief van 94% van het (maximum) Nza-tarief niet als reëel is aan te merken en dat het systeem van een opslag van maximaal 2% op basis van door de zorgaanbieder aangeleverde plannen voor innovatie, passende zorg, bedrijfsvoering en duurzaamheid niet transparant is. De zorgkantoren hebben naar aanleiding van die uitspraak het beleid voor 2021 aangepast. Aangesloten werd bij de tarieven voor 2020 (gemiddeld 96%) en de mogelijkheid van een opslag van 2% kwam te vervallen.

De zorgkantoren zijn weliswaar in hoger beroep gegaan, maar uitsluitend tegen de overwegingen die zien op de motiveringsplicht die op de zorgkantoren rust. Zij meenden dat de motiveringsplicht die volgens de voorzieningenrechter op zorgkantoren rust ten aanzien van kortingspercentages onuitvoerbaar is. Het Hof Den Haag heeft zich in hoger beroep echter niet uitgesproken over die vraag, omdat het zich daartoe – om procesrechtelijke redenen – niet bevoegd achtte. Wel heeft het Hof benadrukt dat de uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitsluitend betrekking heeft op het inkoopbeleid 2021 en niet op de jaren erna.

Inkoopkader 2022

Het inkoopbeleid 2022 is nu ook bekend gemaakt. Kern van het landelijke beleid is een richttarief van 95,8% van het maximum NZa tarief. Op regionaal niveau kan dit worden bijgesteld op basis van regionale knelpunten. In die zin sluit het beleid aan op de uitspraak van de voorzieningenrechter, aangezien in de uitspraak werd verwezen naar de jurisprudentie op basis waarvan in de tarieven rekening moet worden gehouden met gelegitimeerde regionale of anderszins goed onderbouwde kostenverschillen. Ook is het aan zorgkantoren om op regionaal niveau te bepalen hoe om te gaan met de stimulering van de kenelementen, via differentiatie en maatwerkafspraken. Daarnaast is er ruimte voor flankerend beleid om een verschil tussen het tarief 2021 en het richttarief te overbruggen. Uit het door VGN opgestelde vergelijkend overzicht volgt dat CZ en Zilveren Kruis inderdaad een kleine verhoging toepassen als flankerend beleid. Nieuwe aanbieders GZ zijn bij die zorgkantoren minder goed af. Voor die aanbieders geldt een tarief van 93,8%, dus een korting van 2% ten opzichte van het richttarief.

De VGN heeft al aangegeven teleurgesteld te zijn over dit nieuwe kader. De tarieven sluiten nog steeds niet aan op de uitdagingen waar zorginstellingen de komende jaren voor staan.

Onderbouwing van het tarief voldoende?

Hoe zijn de zorgkantoren tot een tarief van 95,8% gekomen? Aan de hand van de jaarrekeningen 2019 van een selectie van zorgaanbieders die in dat jaar een omzet van minimaal € 50.000,- hadden en meer dan 60% omzet in de Wlz, is de operationele winstmarge bepaald. Vervolgens is beoordeeld welk richttarief nodig is om te bewerkstelligen dat 75% van deze zorgaanbieders een neutrale of positieve winstmarge heeft. Resultaat hiervan is een tarief van 95,8% van het NZa tarief. De VGN wijst er echter op dat in het NZa-tarief geen rekening is gehouden met de nieuwe situatie in 2022 ten opzichte van 2019, bijvoorbeeld waar het gaat om de OVA (Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling) en de arbeidsmarkt, en daarmee evenmin in het tarief van 95,8%.

Het is de vraag of de zorgkantoren met dit inkoopkader wél voldoen aan de motiveringsplicht die uit de uitspraak van de voorzieningenrechter kan worden afgeleid. Weliswaar had het bevel van de voorzieningenrechter alleen betrekking op 2021, maar uit de uitspraak volgt dat de overwegingen die aanleiding gaven tot het bevel, zoals de motiveringsplicht en de voorwaarden voor een reëel tarief, ook voor de opvolgende jaren gelden. Wanneer we de aanvullingen op het inkoopkader dan toetsen aan die overwegingen, dan is het maar de vraag of het een reëel tarief betreft dat voldoende is gemotiveerd.

Volgens de Voorzieningenrechter dient het tarief te zijn gebaseerd op zorgvuldig onderzoek, rekening houdend met de sectorale uitvoeringswerkelijkheid, waarbij de kostprijs van de te leveren zorg door een redelijk efficiënt functionerend aanbieder tot uitgangspunt moet worden genomen. Het tarief van de zorgkantoren is gebaseerd op de jaarrekeningen 2019 van een selectie van zorgaanbieders aan de hand van winstmarges. Daarmee lijkt niet de kostprijs van de aanbieders als uitgangspunt te zijn genomen, laat staan de actuele kostprijs. De situatie is in 2022 als gezegd wezenlijk anders dan in 2019. Ook de sectorale uitvoeringswerkelijkheid lijkt met dit systeem niet tot uitdrukking te worden gebracht, nu geen onderscheid is gemaakt naar type zorgaanbieder. Sterker, een deel van de aanbieders levert ook andere zorg dan Wlz. Is het berekenen van een tarief aan de hand van de winstmarge van aanbieders die ook andere zorg leveren dan wel voldoende zorgvuldig? Zeker wanneer de berekening slechts aan de hand van jaarrekeningen uit 2019 zijn gemaakt. Hadden de zorgkantoren niet een kostprijsonderzoek moeten doen via een uitvraag bij zorgaanbieders naar de opbouw van de kostprijs, zoals inmiddels ook van gemeenten ten aanzien van de tarieven voor de Jeugdzorg en Wmo wordt verlangd? Op die manier kunnen de aanbieders immers veel beter nagaan of de tarieven reëel zijn.

Wij menen dat de zorgkantoren met het aangevulde inkoopkader nog steeds niet voldoen aan de eisen die in de jurisprudentie aan reële tarieven worden gesteld en aan de motiveringsplicht evenmin. Wij sluiten dan ook niet uit dat de tarieven opnieuw aan de rechter worden voorgelegd om de zorgkantoren te bewegen om wel te voldoen aan die eisen.

Heeft u vragen over de inkoop van zorg, neemt u dan contact op met de experts van de Marktgroep Zorg van Nysingh, die u hierover kunnen adviseren.