In de maanden oktober, november en december zijn drie Koninklijke Besluiten gepubliceerd:

  • Besluit van 13 november 2023, nr. 2023002613 tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening in de gemeente Wassenaar krachtens artikel 72a van de onteigeningswet (onteigening voor het plaatsen van geluidschermen aan de oostzijde van de rijksweg N44, met bijkomende werken);
  • Besluit van 13 november 2023, nr. 2023002614 tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening in de gemeente Groningen krachtens artikel 72a van de onteigeningswet (onteigening voor de aanleg van de Fietsroute Plus Groningen-Ten Boer, gedeelte Vorktand Zuid, met bijkomende werken).
  • Besluit van 6 september 2023, nr. 2023002052 tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening in de gemeenten Tiel en West Betuwe krachtens artikel 62 van de onteigeningswet (onteigening voor de gedeelten 1 tot en met 6 van de versterking van de dijk tussen Tiel en Waardenburg (TIWA), met bijkomende werken in de gemeenten Tiel en West Betuwe, met bijkomende werken).

Geluidsschermen aan de N44 te Wassenaar

Tegen dit ontwerp Koninklijk Besluit zijn geen zienswijzen ingediend. De Kroon wijst het onteigeningsverzoek toe.

 

Fietsroute Plus Groningen-Ten Boer

 Deze onteigening ziet op de realisatie van het bestemmingsplan Fietsroute Plus Groningen-Ten Boer. Hiermee wil de gemeente Groningen een veilige fietsroute creëren van en naar het centrum van Groningen. Alle ter onteigening aangewezen gronden zijn bij dezelfde eigenaren in eigendom. De eigenaren hebben 4 argumenten aangevoerd in hun zienswijze.

 

Minnelijk overleg

Ten eerste zijn reclamanten van mening dat het minnelijke overleg tot dat moment heeft bestaan uit het eenzijdig en herhaald opleggen van eisen, afwezige transparantie en respectloze en ongelijkwaardige behandeling op persoonlijk niveau. Hun argumenten zouden door de grondverwerver zijn aangehoord en zonder motivering terzijde zijn geschoven. Volgens de Kroon is de toonzetting van de gemeente niet onheus, gelet op de overgelegde correspondentie. De correspondentie is zakelijk en wijkt niet af van wat gebruikelijk is in aanloop naar een onteigeningsprocedure. Er zijn meerdere aanbiedingen op onteigeningsbasis uitgebracht en ook de mogelijkheden voor alternatieven zijn onderzocht. De Kroon concludeert dat de gemeente mocht overgaan tot de start van de administratieve procedure.

 

Schadeloosstelling

Ten tweede betogen reclamanten dat geen markconforme prijs is geboden voor hun gronden. Zij voeren onder meer aan dat de gemeente heeft geweigerd om inzage te geven in het onderliggende taxatierapport. Nu dit argument hoofdzakelijk ziet op de hoogte en samenstelling van de schadeloosstelling, staat dit niet ter beoordeling in de administratieve procedure.

 

Belemmering bewerkingsmogelijkheden op overblijvende

Ten derde voeren reclamanten aan dat de bewerkingsmogelijkheden op het resterende deel van het perceel worden belemmerd door de locatie van het aan te leggen fietspad. Dit aspect is planologisch van aard en staat nu ook niet ter beoordeling.

 

Ter onteigening aangewezen oppervlakte

Ten vierde betogen reclamanten dat de oppervlakten niet kloppen en dat 4.317 m² ten onrechte niet in het verzoek tot onteigening is meegenomen. Volgens reclamanten komt dat doordat een sloot niet is meegerekend. Uit de overgelegde stukken en hetgeen ter hoorzitting is besproken, is gebleken dat de in de onteigening betrokken oppervlakte nodig is voor de aanleg van het fietspad met berm. De sloot is niet in eigendom nodig, de gemeente had zich alleen bereid verklaard ook dit deel minnelijk aan te kopen.

 

Dijkversterking Tiel-Waardenburg (TiWa)

Dit verzoek tot onteigening ziet op de realisatie van het hoogwaterbeschermingsproject Tiel – Waardenburg. Door uitvoering van dit project gaat de dijk voldoen aan de wettelijke normen voor hoogwaterveiligheid.

 

Compensatiegrond

Een aantal reclamanten heeft gezamenlijk een zienswijze ingediend. De percelen van reclamanten maken deel uit van overtuinen. Dit zijn buitendijks gelegen gronden met een hoge landschappelijke en cultuurhistorische waarde. In het door verzoeker opgestelde landschapsplan is omschreven dat het behouden van de overtuinen een kernopgave is. Reclamanten menen dat reconstructie van de overtuinen alleen te realiseren is met grondruil. Een concreet ruilvoorstel hebben reclamanten nog niet gehad van verzoeker.

 

De Kroon oordeelt dat verzoeker zich voldoende heeft ingespannen om grondruil mogelijk te maken. Hiertoe is een compensatieplan opgesteld dat is opgenomen in het projectplan en landschapsplan. Volgens verzoeker gaat het enkel om suggesties en uitgangspunten en dient het compensatieplan als kader en inspiratiebron. Verzoeker wil een grondruil en reconstructie faciliteren, maar kan dit niet garanderen. Daarvoor is verzoeker afhankelijk van de medewerking van derden, omdat de vervangende gronden niet in eigendom zijn van verzoeker. Nu niet aannemelijk was dat het minnelijke overleg binnen afzienbare termijn tot vrijwillige eigendomsoverdracht zou leiden, kon verzoeker in dat licht overgaan tot de start van de administratieve onteigeningsprocedure.

 

Noodzaak beheerstrook

 Verder wordt nog aangevoerd dat het zeer sporadisch gebruiken van de beheerstrook bij de dijk op een andere wijze kan worden bereikt dan door onteigening, bijvoorbeeld door oplegging van een gedoogplicht of vestiging van een zakelijk recht.

 

De Kroon acht de stelling van het waterschap dat de beheerstrook in eigendom nodig is voldoende aannemelijk. De dijk en de beheerstrook zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Eigendom van de beheerstrook is noodzakelijk voor het doelmatig in stand houden, beheren en onderhouden van de dijk. Het vestigen van een zakelijk recht op gronden van aangrenzende grondeigenaren, en bij gebreke van overeenstemming het opleggen van een gedoogplicht, biedt hiervoor onvoldoende waarborg. De noodzaak tot onteigening staat daarmee vast.

 

Zelfrealisatie door middel van eigen beheer

Reclamant 4 meent dat de noodzaak ontbreekt en beroept zich op zelfrealisatie. Het deel van zijn tuin dat ter onteigening is aangewezen zou hem veel privacy bieden, dat wordt hem nu ontnomen.

 

De strook grond is een strook gras. Reclamant beweert dat hij deze grond al jaren zelf goed beheert.

 

De Kroon overweegt dat maatregelen van infrastructurele aard volgens bestendig beleid doorgaans niet voor zelfrealisatie in aanmerking komen. In verband met de invloedsfeer van de rivier is het te maken werk in dit project van infrastructurele aard. Uit een oogpunt van een efficiënte aanleg en doelmatig beheer moeten noodzakelijke onroerende zaken in eigendom van de overheid moeten verkregen. Om die reden ligt zelfrealisatie dan ook niet voor de hand. De vraag of reclamant al dan niet daadwerkelijk hiertoe bereid en in staat is, staat dan ook verder niet meer ter beoordeling.

 

Meer weten?

Voor meer informatie over de inzet van het onteigeningsinstrument, de onteigeningsprocedure, minnelijk overleg of andere vragen over grondverwerving kunt u contact opnemen met Carola, onteigeningsadvocaat, Babette, onteigeningsadvocaat of Macy, jurist of een andere specialist van ons Team Grondzaken.