Op 15 april 2025 heeft de Tweede Kamer ingestemd met de Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg. In dit wetsvoorstel worden gemeenten verplicht om met andere gemeenten in de regio samen te werken bij de inkoop van (hoog)specialistische jeugdzorg en wordt voorgeschreven dat er minimaal op regionaal niveau gezamenlijk ingekocht moet worden. Het wetsvoorstel is onderdeel van de Hervormingsagenda Jeugd die erop is gericht het aanbod van jeugdhulp voor de meest kwetsbare gezinnen te borgen
Wat verandert er met de Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg voor gemeenten?
Op dit moment wordt specialistische jeugdzorg voornamelijk ingekocht door individuele gemeenten of door samenwerkingsverbanden van gemeenten. Het wetsvoorstel voorziet in een verplichting voor colleges van gemeenten om in regioverband een gemeenschappelijke regeling te treffen waarbij een Jeugdregio als regionale entiteit dient te worden ingesteld, zijnde een openbaar lichaam, een bedrijfsvoeringsorganisatie dan wel een college van één gemeente in de regio (centrumgemeenteconstructie). De taken van de Jeugdregio omvatten onder meer het contracteren of subsidiëren van bij AMvB te bepalen vormen van (specialistische) jeugdhulp, maar ook het uitvoeren van bepaalde administratieve processen en het verrichten van bovenregionale afstemming.
Uitwerking in Ontwerpbesluit Verbetering beschikbaarheid jeugdzorg
In het ontwerpbesluit Verbetering beschikbaarheid jeugdzorg wordt de wet nader uitgewerkt. Daarin wordt onder meer geregeld:
- De regio-indeling: daarbij zijn de huidige 42 Jeugdzorgregio’s als ‘vertrekpunt’ genomen.
- De onderwerpen waarop gemeenten gemeenten in de regiovisie moeten ingaan. De gemeenteraad moet een regiovisie vaststellen. Daarin wordt neergelegd wat de gemeentelijke visie is op de samenwerking met andere gemeenten teneinde te bevorderen dat er een toereikend aanbod is van de in te kopen specialistische jeugdhulp.
- De jeugdhulpvormen die minimaal regionaal moeten worden ingekocht: het betreft vormen van jeugdhulp die volgens de regering moeilijk op lokaal niveau te organiseren zijn vanwege de schaarste van de vraag, de complexiteit van de problematiek in combinatie met de daarvoor benodigde multidisciplinaire specialistische expertise, de schaarste van het aanbod of vanwege het volume dat een jeugdhulpaanbieder of gecertificeerde instellingen minimaal nodig heeft om verantwoorde jeugdzorg te kunnen leveren of een gezonde bedrijfsvoering te kunnen voeren. Het gaat onder meer om jeugdhulp met verblijf, specialistische jeugdhulp aan gezinnen met meervoudige en complexe problemen, (hoog)specialistische geestelijke gezondheidszorg, jeugdhulp in verband met een zintuigelijke beperking en pleegzorg.
- De jeugdhulpvormen waarover bovenregionale afstemming moet plaatsvinden.
Verplichte samenwerking in een jeugdregio
Voor de Jeugdregio geldt voor de toekomst aldus dat samenwerking uitsluitend mogelijk is met een centrumgemeenteconstructie, een bedrijfsvoeringsorganisatie of een openbaar lichaam. In een centrumgemeenteconstructie wordt binnen de samenwerking op basis van een centrumregeling één gemeente als centrumgemeente aangewezen. De centrumgemeente krijgt van de overige regiogemeenten de opdracht om de inkoop van de jeugdzorg te organiseren. Het openbaar lichaam betreft een zware variant van samenwerking, dat naast de uitvoeringstaken ook beleidvorming kan overnemen. De bedrijfsvoeringsorganisatie kwalificeert als een (veel) lichtere variant van samenwerking, waarbij uitsluitend ondersteunende processen en uitvoeringstaken door de bedrijfsvoeringsorganisatie kunnen worden uitgevoerd. Afhankelijk van de (bestuurlijke) voorkeur van de gemeenten kan een van deze varianten worden gekozen voor vormgeving van de Jeugdregio. We krijgen in de praktijk al vragen over de varianten waarmee een ‘Jeugdregio’ wordt ingesteld. Heeft u vragen over de meest werkbare constructie hiervoor, neem dan gerust contact met ons op.
En nu?
De wet is aangenomen door de Tweede Kamer en gaat nu naar de Eerste Kamer voor verdere behandeling. De Eerste Kamer kan de wet vervolgens goedkeuren of verwerpen, maar niet wijzigen.
Het Ontwerpbesluit zal worden voorgedragen aan de Koning ten behoeve van het vragen van advies aan de Afdeling Advisering van de Raad van State. Het is de bedoeling dat het wetsvoorstel en het besluit tegelijkertijd in werking treden. Wanneer dit zal zijn, is nog niet bekend.