Een werknemer spreekt zijn werkgever aan op grond van artikel 7:658 BW in verband met uitval wegens psychische klachten. De rechter oordeelt dat de werknemer het causaal verband tussen werk en klachten niet aannemelijk heeft gemaakt en wijst de vordering af.

Arrest van 25 september 2018 van het Gerechtshof Amsterdam, ECLI:NL:GHAMS:2018:3502.

Feiten

Een docent solliciteert bij een middelbare school op een fulltime functie. Op deze school zijn de onderbouw en de bovenbouw op verschillende locaties. De docent geeft aan dat hij zowel inzetbaar is in de onderbouw als in de bovenbouw en geeft verder aan dat hij daarnaast een mentoraat op zich wil nemen en ook nog beschikbaar is voor extra taken.

 

De docent wordt aangesteld, maar nog voordat hij start, meldt hij dat hij enige beperkingen heeft in verband met een hartafwijking. In verband daarmee vraagt hij zo min mogelijk van lokaal te moeten wisselen. Kort daarop bezoekt hij de bedrijfsarts die zegt dat hij om medische redenen zoveel mogelijk een vast lokaal moet hebben en bij voorkeur niet moet worden ingeroosterd na het 5e uur. Het lukt de roostermakers niet helemaal aan die wens te voldoen en na korte tijd wordt de docent ziek. Na enkele werkhervattingen meldt hij zich ziek met migraine en valt definitief uit voor zijn werk.

De vordering; tekortschieten in de zorgverplichting

De docent stelt de school aansprakelijk als werkgever op grond van artikel 7:658 BW want de school zou tekortgeschoten zijn in haar zorgverplichting. De school zou onvoldoende rekening hebben gehouden met zijn beperkingen ten gevolge waarvan zijn PTSS zou zijn herleefd.

Het oordeel van de rechter over het causaal verband

Het staat vast dat de werkgever het advies van de ARBO-arts niet volledig heeft gevolgd, maar zowel de kantonrechter als het gerechtshof zijn van oordeel dat het causaal verband tussen het werk en de werkomstandigheden enerzijds en de uitval anderzijds onvoldoende is komen vast te staan.

 

Het hof stelt ook vast dat aan de docent het verwijt gemaakt kan worden dat hij tegenover de school onvoldoende informatie heeft gegeven over zijn beperkingen, terwijl op voorhand duidelijk was dat hij geen voltijdsfunctie zou kunnen uitoefenen.
De vordering wordt afgewezen.

Commentaar

Wanneer een werknemer een werkgever aanspreekt op grond van 7:658 BW in verband met een (klassiek) bedrijfsongeval zal de werkgever slechts bij uitzondering niet aansprakelijk zijn. Wanneer een werknemer stelt psychische klachten te hebben en daarvoor de werkgever aansprakelijk houdt, ligt dat vaak anders. Ik verwijs ook naar een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 4 april 2017 (ECLI:NL:GHAMS:2017:1181), welk arrest betrekking had op een werknemer die stelde een burn-out te hebben gekregen ten gevolge van overwerk. Het Hof overwoog in dat arrest dat psychische klachten in het algemeen multifactorieel van aard zijn en sterk individueel bepaald, waardoor het verband tussen de gezondheidsschade en de arbeidsomstandigheden niet zomaar aannemelijk is. De werknemer zal moeten stellen en zonodig aannemelijk moeten maken dat hij lijdt aan gezondheidsklachten die veroorzaakt zijn door de werkomstandigheden. Voor het vermoeden dat de gezondheidsschade is veroorzaakt door de omstandigheden waaronder de werkzaamheden zijn verricht is geen plaats als het verband tussen de gezondheidsschade en de arbeidsomstandigheden te onzeker of te onbepaald is.

Meer informatie

Neem voor meer informatie over dit of andere aansprakelijkheidsrechtelijke onderwerpen contact op met Elly Bos-van den Berg, advocaat en verzekeringsrechtspecialist, E: elly.bos-vandenberg@nysingh.nl | T: 038 – 425 92 93.