De wettelijke mogelijkheid van turboliquidatie van rechtspersonen is in 1994 ingevoerd.

De Minister voor Rechtsbescherming bereidt een wetsvoorstel voor ter verbetering van de positie van schuldeisers bij turboliquidatie. De Minister kondigde dat aan in de Kamerbrief d.d. 7 oktober jl.

 

De wettelijke mogelijkheid van turboliquidatie van rechtspersonen is in 1994 ingevoerd om misbruik van inactieve rechtspersonen te voorkomen. Zo kunnen rechtspersonen niet alleen eenvoudig worden opgericht, maar kunnen zij ook weer eenvoudig worden opgeheven als de activiteiten worden gestaakt. In het merendeel (80%) van de gevallen van turboliquidatie ontbreken zowel baten als fiscale schulden. Risico op misbruik is weliswaar mogelijk bij de toepassing van de turboliquidatie, maar het is niet zo dat turboliquidaties veelal malafide zijn of dat de regeling ongeschikt is. De Minister acht het van belang dat de wettelijke mogelijkheid van een turboliquidatie behouden blijft.

 

Indien sprake is van een turboliquidatie met achterlating van schulden verdient de positie van schuldeisers volgens de Minister wel verbetering. Daarom bereidt hij een wetswijziging voor om hen beter in staat te stellen om te beoordelen of er sprake is van benadeling en om daartegen stappen te ondernemen. Belangrijke maatregelen die de Minister voorstelt zijn het deponeren van een slotbalans met een bestuursverklaring waarom baten ontbreken, het algemeen bekendmaken van de voorgenomen turboliquidatie en het deponeren van jaarrekeningen over alle eerdere boekjaren.

 

De Minister verwacht in de loop van 2020 een voorontwerp voor wetswijziging ter consultatie aan te bieden.

 

Overigens is het zeker niet zo dat onrechtmatige benadeling van schuldeisers momenteel steeds ongestraft blijft. Ik verwijs u bijvoorbeeld naar JIN 2019/145. In dit arrest wordt een bestuurder aansprakelijk gehouden voor de schade die een schuldeiser lijdt door een turboliquidatie van een besloten vennootschap waarna de onderneming vrijwel ongewijzigd in een andere vennootschap wordt voortgezet. In mijn annotatie onder dat arrest schreef ik over de positie van de benadeelde schuldeiser onder andere: Het zal voor een schuldeiser (die de bewijslast draagt) echter niet altijd eenvoudig zijn om de juiste informatie te vergaren om daarmee aannemelijk te maken dat hij wel geheel of deels zou zijn voldaan als er op een juiste wijze zou zijn vereffend. Nethe pleit om die reden in Ondernemingsrecht 2017/6 onder de titel ‘Reuring rondom turboliquidatie’ voor het invoeren van de verplichting dat het bestuur een slotbalans met toelichting moet deponeren bij het Handelsregister, alvorens de opgaaf aan het Handelsregister kan worden gedaan van de ontbinding zonder formele vereffening. Tot het zover is zal de schuldeiser zelf moeten proberen in het voortraject zoveel mogelijk informatie te vergaren, of de schuldeiser zal het in een procedure van de rechter moeten hebben die een verzwaarde stelplicht op de bestuurder kan leggen. Dit is precies de achtergrond van het voorstel van de Minister zoals vervat in de Kamerbrief d.d. 7 oktober jl.

 

Indien u momenteel betrokken bent bij een turboliquidatie, of als benadeelde schuldeiser de gevolgen daarvan ondervindt, kunt u contact opnemen met Rob Klein. Hij kan u adviseren over uw juridische positie en mogelijkheden.

 

Zie voor meer algemene informatie over het voornemen van de Minister: betere bescherming schuldeisers bij snelle ontbinding bedrijven.

 

Dit blog werd geschreven door mr. Marloes Poelsema. Marloes was bij Nysingh werkzaam van 2007 tot 2022.