Welke kansen biedt de Aanbestedingswet 2012 voor circulaire bouwprojecten?

Op 11 april jl. organiseerde de Marktgroep Overheid van Nysingh samen met de Stichting Circulair Bouwen in het prachtig verbouwde en duurzame Huis der Provincie in Arnhem een bijeenkomst met als titel ‘juridische risico’s en kansen voor circulair bouwen.’ Dit event was het eerste onderdeel van een serie congressen rondom het bredere thema ‘Circulair Bouwen.’ De bijeenkomst werd erg goed bezocht door bestuurders, ambtenaren, adviseurs, directieleden en van bouwbedrijven, technici en financials, die in hun praktijk te maken krijgen met dit onderwerp.

Nederland circulair in 2050

In 2016 is de kabinetsvisie op de circulaire economie neergezet in het programma ‘Nederland Circulair 2050’. Doel is om uiterlijk in 2050 een volledig circulaire economie tot stand te brengen. Met het oog hierop verscheen in februari dit jaar het ‘Uitvoeringsprogramma Circulaire Economie 2019-2023′. Met dit programma geeft het Kabinet vorm aan de overgang naar een circulaire economie in genoemde periode. Het programma laat zien welke (min of meer) concrete acties binnen de vijf prioritaire ketens (biomassa en voedsel, kunststoffen, maakindustrie, bouw en consumptiegoederen) zullen worden uitgevoerd. Redenen genoeg dus om een aantal praktijkgerichte bijeenkomsten aan het thema circulair bouwen te wijden.

Kansen voor circulair bouwen in de Aanbestedingswet 2012

Tijdens de bijeenkomst op 11 april jl. werd onder het motto (van de Stichting Circulair Bouwen) ‘het kan wél!’ door specialisten van Nysingh ingezoomd op de juridische kansen voor circulair bouwen in de geldende wet- en regelgeving, zonder dat daarbij de aanwezige risico’s uit het oog werden verloren. Matthijs Mutsaers (uit dienst) ging in zijn bijdrage specifiek in op de kansen die de Aanbestedingswet 2012 biedt voor circulaire bouwprojecten. Dat deed hij aan de hand van een onderzoek van de voorschriften ten aanzien van:

  • technische specificaties;
  • keurmerken;
  • bijzondere uitvoeringsvoorwaarden;
  • geschiktheidseisen/selectiecriteria;
  • kwaliteitsnormen en
  • gunningscriteria.

 

Ook ging Matthijs in op aanpalende aspecten, zoals de te kiezen aanbestedingsprocedure (waaronder Rapid Circular Contracting) en gaf hij uitleg over ‘de wezenlijke wijziging’. De conclusie is dat de Aanbestedingswet 2012 diverse mogelijkheden biedt om de aanbesteding van circulaire werken te faciliteren en te stimuleren, met name door het slim combineren van eisen en gunningscriteria. Het alleen maar stellen van circulaire eisen (functioneel/prestatiegericht formuleren!) heeft een onvoldoende stimulerend effect voor circulair bouwen. Wanneer een aanbesteder inschrijvers laat scoren op circulariteit, ontstaat (ook) op dat vlak concurrentie. Hoewel het relatief nieuwe gunningscriterium van de levenscycluskosten (als enig gunningscriterium) op het eerste gezicht het meest interessant lijkt voor het tot stand brengen van een daadwerkelijk circulair werk, zijn daar wel een aantal barrières:

  • het gebruik van dat criterium moet worden gemotiveerd;
  • er ontbreekt vooralsnog een uniforme Europese methode voor de berekening van de levenscycluskosten, die aan de wettelijke eisen voldoet.

 

Het gebruik van de beste prijs-kwaliteitverhouding als gunningscriterium is in ieder geval een goed bruikbaar alternatief. Niet alleen omdat in dat kader ook acht kan worden geslagen op circulariteit, maar ook omdat in de praktijk behoefte bestaat aan aandacht voor andere dan alleen circulaire (kosten-)aspecten, zoals bijvoorbeeld de toetsing van de kwaliteit van de uitvoeringsmaatregelen die een inschrijver voorstelt.