Sinds 1992 kunnen beklemrechten niet meer worden gevestigd. Rechten van beklemming komen echter nog wel voor, omdat bestaande rechten zijn gehandhaafd. Wat is het beklemrecht precies en wat zijn de aandachtspunten bij een overdracht?

Wat is een beklemrecht?

Het recht van beklemming is een oud zakelijk recht en komt met name in de provincie Groningen voor.

 

Het betreft een eeuwigdurend zakelijk genotsrecht op een onroerende zaak van een ander. De gerechtigde van het beklemrecht (beklemde meier genoemd) heeft het volledige genot van de grond. Daarnaast heeft hij de bevoegdheid op de grond opstallen in eigendom te hebben. Het beklemrecht lijkt daardoor op een erfpacht- en opstalrecht tezamen.

 

Tegenover deze bevoegdheden staat de plicht voor de beklemde meier om alle lasten voor zijn rekening te nemen. Daarnaast moet jaarlijks een vaste som worden betaald. Dit bedrag is onveranderlijk.

 

Inhoud beklemrecht

In het oude Burgerlijk Wetboek was er slechts één bepaling specifiek over het beklemrecht opgenomen. Op grond daarvan wordt het recht vooral bepaald door de afspraken die de grondeigenaar en de beklemde meier hebben vastgelegd in de zogenaamde beklembrief. Bij gebreke aan een regeling wordt het recht geregeerd door de plaatselijke gewoonte.

 

De beklembrief werd notarieel verleden en overgeschreven in de openbare registers.

 

Het beklemrecht kan sinds de invoering van het huidige Burgerlijk Wetboek in 1992 niet meer worden gevestigd. In de overgangswet is bepaald dat bestaande beklemrechten worden beheerst door de regels van het oude Burgerlijk Wetboek, voor zover uit de bepalingen omtrent registergoederen niet anders voortvloeit.

 

Overdracht en de ondeelbaarheid van het beklemrecht

Sinds de inwerkingtreding van het huidige Burgerlijk Wetboek is het recht van beklemming een registergoed. Voor een rechtsgeldige levering is daardoor inschrijving van een notariële akte in de openbare registers vereist.

 

Overdracht brengt de verschuldigdheid van een afgaand geschenk door de verkoper en een opgaand geschenk door de koper met zich.

 

De beklemde meier heeft voor de overdracht van zijn beklemrecht geen toestemming van de eigenaar nodig, tenzij het de overdracht van een gedeelte van de grond betreft. Eén van de kenmerken van het recht van beklemming is namelijk dat het een ondeelbaar recht is. Een beklemde meier kan daardoor niet zonder toestemming van de grondeigenaar zijn recht ten aanzien van een gedeelte van de grond vervreemden.

 

Een beklemrecht kan rusten op meerdere kadastrale percelen. Het is dus bij de overdracht van een beklemrecht belangrijk hier onderzoek naar te doen.

 

De beklemde meier kan een hypotheekrecht op zijn beklemrecht vestigen. Dit hypotheekrecht dient echter wel op het gehele beklemrecht te worden gevestigd.

 

Rondom het beklemrecht zijn er vaak tal van rechtsvragen die niet met zekerheid zijn te beantwoorden. In de praktijk is het mede daardoor vaak gewenst het beklemrecht af te kopen. Het beklemrecht gaat dan door vermenging teniet. De eigenaar zal echter wel medewerking hieraan moeten verlenen.

 

 

Jolien van Klaveren en Chantal Kolk