In eerdere artikelen bespraken wij het wetsvoorstel Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) en het belang van deze wet voor de praktijk. Nu de WHOA op 1 januari 2021 in werking treedt informeren we u in een serie artikelen over de mogelijkheden die deze wet biedt. Daarbij belichten wij de WHOA zowel vanuit het perspectief van bedrijven in financieel zwaar weer als vanuit het perspectief van crediteuren van deze bedrijven.

De inrichting van het akkoord

Een ondernemer mag in principe zelf bepalen wat hij zijn schuldeisers en aandeelhouders aanbiedt en hoe hij zijn akkoord inricht. De inhoud en de inrichting van het akkoord moet echter wel aan een aantal voorwaarden voldoen om te kunnen worden goedgekeurd door de rechter. Men noemt het het goedkeuren door de rechter ook wel homologeren. Het akkoord moet in ieder geval de volgende informatie bevatten:

  1. de naam van de onderneming;
  2. indien van toepassing: de naam van de herstructureringsdeskundige;
  3. de klassenindeling en de criteria op basis waarvan de schuldeisers en aandeelhouders in een of meer klassen zijn ingedeeld;
  4. de financiële gevolgen van het akkoord per klasse van schuldeisers en aandeelhouders;
  5. de waarde die naar verwachting gerealiseerd wordt als het akkoord tot stand komt;
  6. de opbrengst die naar verwachting gerealiseerd wordt in een faillissement;
  7. de bij de berekening van de waarde en opbrengst (als bedoeld onder 5 en 6) gehanteerde uitgangspunten en aannames;
  8. indien van toepassing: het moment waarop rechten aan schuldeisers en aandeelhouders zullen worden toebedeeld;
  9. de nieuwe financiering die de onderneming in het kader van de uitvoering van het akkoord wil aangaan en de redenen waarom dit nodig is;
  10. de wijze waarop de schuldeisers en aandeelhouders nadere informatie over het akkoord kunnen verkrijgen;
  11. de procedure voor de stemming over het akkoord en het moment waarop de stemming plaatsvindt;
  12. de wijze waarop de bij (eventueel) ingestelde ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging advies is gevraagd of nog zal worden gevraagd.

 

Documenten bij het akkoord

Daarnaast moeten de volgende documenten bij het akkoord worden gevoegd:

  1. een staat van baten en lasten;
  2. een lijst waarop de stemgerechtigde schuldeisers en aandeelhouders worden weergegeven, waarop onder meer wordt gespecificeerd wat het bedrag van hun vordering (of het nominale bedrag van hun aandeel) is en in welke klasse zij zijn ingedeeld;
  3. een opgave van schuldeisers of aandeelhouders die niet onder het akkoord vallen en een toelichting waarom zij niet worden meegenomen in het akkoord (zie voor meer informatie deel IV uit deze serie: ‘Inhoud van het akkoord: wat is er mogelijk?;
  4. informatie over de financiële positie van de onderneming;
  5. een beschrijving van:
    • de aard, omvang en de oorzaak van de financiële problemen;
    • welke pogingen zijn ondernomen om deze problemen op te lossen;
    • de herstructureringsmaatregelen die onderdeel zijn van het akkoord;
    • de wijze waarop deze maatregelen bijdragen aan een oplossing;
    • hoeveel tijd het naar verwachting vergt om de maatregelen uit te voeren.
  1. indien van toepassing: een schriftelijke verklaring waaruit blijkt welke zwaarwegende grond aanwezig is om de in artikel 374 lid 2 genoemde schuldeisers (kort gezegd: ‘mkb-ondernemers’) in het akkoord een bedrag of een recht aan te bieden dat een waarde vertegenwoordigt van minder dan 20% van hun vorderingen.

Lees ook